‘Ik heb eerst 5 jaar lesgegeven aan de Prins Bernhard Mavo in Dieren en daarna ben ik naar het Marnix College in Ede gegaan. Voor die baan ben ik ook naar Ede verhuisd, waar ik nog steeds woon. Ik heb altijd met plezier lesgegeven, maar ik had het werk ook nodig. In 1975 verscheen mijn eerste boek Nachtschade, en hoewel mijn eerste boeken goed werden ontvangen, kon ik er toen niet van leven. Dat lukte me pas met Knielen op een bed violen, toen ik 67 jaar was.
Ik had me eerder in mijn carrière volledig op het schrijven kunnen richten, maar ik wilde absoluut geen subsidie of andere hulp van de overheid krijgen. Ik wilde onafhankelijk blijven. Dat heeft ook te maken met het feit dat mijn vader zelfstandig ondernemer was. Dat was keihard werken voor weinig geld, maar hij was wél gelukkig. De grond en de kassen waren van hem en hij hoefde tegen niemand dankjewel te zeggen. Ik ben er trots op dat ikzelf ook nooit mijn hand heb hoeven ophouden.’