In 2014 ging hij op zoek naar behandelingen buiten Defensie. Zijn schouder genas uiteindelijk. Maar de psychische klachten namen alleen maar toe. Paniekaanvallen, flashbacks, de hele tijd gespannen. Een klinisch psycholoog was er snel uit: complexe Posttraumatische Stressstoornis (PTSS). “Dat houdt in dat ik last had van meerdere traumatische ervaringen.”
“Op een gegeven moment sliep ik maar 1-2 uur per nacht. Nou ja, slapen. Ik zakte in als de zon op kwam en werd dan even later weer zwetend wakker uit een nachtmerrie. ’s Nachts op bed slapen durfde ik niet meer door de nachtmerries. Ik hield mezelf wakker op de bank. De hele dag door keek ik of er gevaar was. Ik was me altijd bewust van vluchtroutes. En gaandeweg ging ik steeds meer dingen als gevaar zien. Uiteindelijk durfde ik mijn huis niet meer uit en belandde ik in een sociaal isolement.”
“Familieleden willen je dan graag goedbedoeld helpen. Ze zeggen je keer op keer ‘laat het los, het is verleden tijd’. Maar dat werkt niet zo bij PTSS. Integendeel. Je gooit olie op het vuur door dit te zeggen. Het bevestigt dat er iets mis is met je, omdat het je niet lukt los te laten. Mijn toenmalige vriendin zei nog wel eens: ‘kom je weer met dat verhaal?’ Maar veel herhalen is essentieel voor het verwerkingsproces. Voor je omgeving is dat lastig te begrijpen.”