De loopbaan van Erik Hubregtse begon op een heel andere plek: in het gevangeniswezen. Maar na 8 jaar vond hij dat erg zwaar worden. Erik zag zijn kinderen te weinig en draaide onregelmatige diensten. Vandaar dat hij besloot de overstap te maken naar het onderwijs. “Meer regelmaat en de vakanties maakten dat ik koos voor het onderwijs. En vervolgens ben ik van het onderwijs gaan houden.”

Ook het besluit om een eigen rijschool te beginnen, heeft met zijn kinderen te maken. “Ik had mijn 3 kinderen rijles beloofd zodra ze daaraan toe waren. Vervolgens kwam ik erachter dat dit me ongeveer € 3.000 per kind zou gaan kosten. Toen dacht ik: waarom ga ik niet zelf rijles geven?”

Erik volgde een opleiding tot rij-instructeur en liet niet veel later een auto ombouwen, zodat deze geschikt was om les in te geven. “Mijn eigen kinderen lesgeven, vond ik een mooie leerschool. Vervolgens begonnen mensen in mijn omgeving te vragen of ik hun ook rijles wilde geven. Het is heel natuurlijk gegaan. Ik zat al jaren in het onderwijs en ga veel met jonge mensen om.”

Lesgeven was dus niet nieuw voor hem. Maar Erik ziet ook duidelijke verschillen tussen de leerlingen op school en in de auto. “Een leerling in de klas moet naar school en zou liever naar huis gaan of iets anders doen. Iemand die rijles neemt, maakt bewust de keuze om dit te doen. En voor mij is er ook een groot verschil: aan een groep lesgeven of een individu. Een rijles duurt ongeveer 1,5 uur en als een leerling na afloop de behoefte heeft om nog even door te praten, dan doe ik dat. Dan praten we nog even door bij een kop koffie. Ik vind het fijn om daar ruimte voor te maken.”

Hij geeft rijles aan leerlingen die voldoende geld hebben en de volle mep kunnen betalen voor een les. Maar hij pakt de opdracht ook op als mensen wat minder te besteden hebben. “Die betalen minder. Voor mij is het belangrijker om met leerlingen het doel te bereiken dan nog een keer extra op skivakantie te kunnen. Het geeft voldoening om te kunnen helpen.”

Over geld maakt Erik zich geen zorgen. Hij heeft het goed. En vooruitkijken naar het moment waarop hij met pensioen gaat, doet hij nog niet echt. Dat voelt nog ver weg. “Wanneer ga ik met pensioen? Als ik 68 ben of misschien wel op mijn 70e.”

Dat hij parttime werkt in het onderwijs, betekent ook minder pensioenopbouw. Dat realiseert hij zich. “Maar ik ben niet verplicht om te stoppen met rijles geven zodra ik AOW en pensioen ontvang. Ik kan blijven bijverdienen als mijn gezondheid het toelaat. En als mijn gezondheid het niet toelaat, dan heb ik een groter probleem dan minder pensioen.” 

• Minder uren werken, betekent ook minder pensioenopbouw. Check uw pensioen zodat u weet wat u heeft opgebouwd. Kijk op MijnABP hoeveel u heeft opgebouwd bij ABP en wat uw verwachte pensioen zal zijn.
• Wilt u weten hoeveel pensioen u heeft opgebouwd bij verschillende werkgevers? Log in op www.mijnpensioenoverzicht.nl. Daar vindt u een overzicht van uw opgebouwde pensioen en AOW.
• Als u minder gaat werken, kunt u er ook voor kiezen om extra bij te sparen voor uw pensioen. Lees hier (Pensioen aanvullen | ABP) wat ABP dan voor u zou kunnen betekenen.
• Hoeveel u jaarlijks belastingvrij kunt aanvullen, hangt af van uw fiscale jaarruimte. Fiscale jaarruimte is ook wel het bedrag waarmee u extra pensioen kunt opbouwen met fiscaal voordeel. U kunt uw jaarruimte berekenen via de site van de Belastingdienst. Hiervoor heeft u uw pensioenaangroei nodig. U vindt uw pensioenaangroei (ook wel factor A) op uw Uniform Pensioenoverzicht.