Wat zijn de effecten van de pensioenverhoging voor verschillende generaties? 

Een verhoging van de opgebouwde pensioenen is goed nieuws voor alle deelnemers van ABP. Iedereen krijgt er pensioen bij. Jong en oud, actieven/gewezen deelnemers en gepensioneerden.

Een verhoging past bij onze ambitie om een waardevast pensioen te bieden. Maar we kijken ook naar de toekomst. We willen in 2027 met voldoende vermogen overstappen op de nieuwe regels voor pensioen. Zodat er voldoende geld in kas blijft om tegenvallers op te vangen als het minder goed gaat. En dat is ook nodig om deelnemers te kunnen compenseren als ze er in hun pensioenopbouw op achteruit zouden gaan met de vernieuwde pensioenregeling.

We maken gebruik van soepelere regels van de overheid om extra te kunnen verhogen

In 2027 stapt ABP over op de nieuwe regels voor pensioen. Daarom mogen we gebruikmaken van de soepelere regels van de overheid. Hiermee krijgen we extra ruimte voor het verhogen van de pensioenen. Zonder deze regels zouden we de pensioenen met slechts 0,44% kunnen verhogen. Met deze versoepelde regels kunnen we de pensioenen met 3,03% verhogen. We kunnen door deze extra verhoging van circa 2,5% uw (opgebouwde) pensioen daardoor nu (in 2024) weer maximaal verhogen.

Bij elk besluit kijken we naar de gevolgen voor alle deelnemers

In het bijzonder hebben we bij deze extra pensioenverhoging gekeken naar de effecten voor de verschillende generaties. Bij de analyse van deze generatie-effecten hebben we de gevolgen van het verhogen van de pensioenen voor de verschillende leeftijdscohorten in beeld gebracht.

Generatie-effecten als gevolg van de extra verhoging

Om de generatie-effecten in beeld te brengen, hebben we de zogeheten netto-profijt methode gebruikt. Deze methode is wettelijk voorgeschreven bij de bepaling van de effecten als gevolg van de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel (voor ABP per 1 januari 2027). Het netto-profijt is het verschil tussen de waarde van de te verwachten toekomstige pensioenuitkeringen en de waarde van de toekomstige premie-inleg.

De uitkomst van de netto-profijt analyse is een neerwaarts effect voor deelnemers jonger dan 63 jaar, en een opwaarts effect voor deelnemers daarboven. Voor de jongste deelnemers tot 30 jaar is het effect zeer klein. Het neerwaartse effect in euro’s is het grootst voor deelnemers in de leeftijdscategorie 50-60 jaar. Dit effect komt overeen met ongeveer 0,3% van de waarde van hun pensioenuitkeringen. Voor de oudste deelnemers is het opwaartse effect het grootst. Dit effect komt naarmate de deelnemer ouder is, steeds dichter in de buurt van de extra verhoging van circa 2,5%.

In de onderstaande figuur zijn deze effecten goed te zien.

Grafiek met een licht neerwaarts effect voor deelnemers tot 63 jaar en een opwaarts effect voor oudere deelnemers dat dichter in de buurt komt van de extra verhoging van circa 2,5%.

De uitkomst van de analyse kunnen we als volgt toelichten. Op korte termijn wordt meer pensioen uitgekeerd. Dat geeft een opwaarts effect voor de deelnemers die al met pensioen zijn gegaan. Maar daardoor zal de dekkingsgraad afnemen en zullen toekomstige verhogingen juist lager uitvallen.

Voor deelnemers ouder dan 63 jaar weegt het opwaartse effect van de extra uitkeringen zwaarder dan het neerwaartse effect van de lagere toekomstige verhogingen. Daardoor zien we in de grafiek een positieve uitkomst voor deelnemers ouder dan 63 jaar.

De uiteindelijke effecten hangen ook af van de economische ontwikkelingen tot het moment waarop we overgaan naar de nieuwe pensioenregels, en van de afspraken die we hierbij gaan maken. Ook van belang is hoeveel de pensioenen nog kunnen worden verhoogd. Deze toekomstige verhogingen gaan ook over de pensioenopbouw van deelnemers na 1 januari 2024. 

Conclusie 

Het bestuur van ABP heeft beoordeeld dat de extra verhoging evenwichtig is. Het bestuur heeft bij de afweging de netto-profijt-effecten voor de verschillende leeftijdsgroepen meegewogen, en hier geen doorslaggevend argument in gezien om niet volledig te verhogen.

Op 20 september 2024 is deze tekst aangepast en zijn de generatie-effecten in beeld gebracht op basis van een zogeheten netto-profijt-analyse. Dat is gebeurd in afstemming met De Nederlandsche Bank (DNB).